Sinds er per 2020 een gloednieuw fietsplan bestaat, lijken de regelingen van de fiets van de zaak en de auto van de zaak behoorlijk op elkaar. Sterker nog, de een vult de ander aan, ook voor collega’s die ver van het werk wonen. Zo zet je de leasefiets en leaseauto slim naast elkaar in:
Fietsplannen zijn van alle tijden, maar sinds 1 januari 2020 is er een gloednieuwe fietsregeling die helemaal past bij de huidige tijd. Die fietsregeling 2.0 valt immers buiten de werkkostenregeling en zegt vaarwel tegen het bestedingslimiet. Zo doen duurdere e-bikes, speedpedelecs, racefietsen en bakfietsen ook mee, naast de vertrouwde stadsfiets.
In de nieuwe fietsregeling is er sprake van bijtelling. Voor elke fiets, onafhankelijk hoe je die inzet (voor woon-werk en/of privé) reken je 7 procent van de aanschafwaarde bij je inkomen op. In de praktijk fiets je rond op een gloednieuw model voor een paar euro per maand. Vanwege de bijtelling lijkt de fiets van de zaak dus behoorlijk veel op de auto van de zaak, al is je bijtelling bij de leaseauto afhankelijk van de CO2-uitstoot. Het enige wat jij moet onthouden: net als de auto van de zaak zet je de fiets van de zaak naar hartenlust in. Je gebruikt je leasefiets of e-bike alleen privé of voor de kilometers naar kantoor.
Al met al combineer je de fiets en auto van de zaak zoals jij dat wenst. De regelingen bijten elkaar niet. Doordeweeks zet je als vanouds de leaseauto in en in het weekend of op zomeravonden pak je de fiets. Voor een onbeperkt aantal privékilometers. Woon je op fietsafstand van kantoor, dan mag je vanzelfsprekend ook soms met je fiets naar kantoor komen. Op de zelfbenoemde ‘Vrijdag Fietsdag’ bijvoorbeeld. Bovendien vergroot de e-bike - en zeker de razendsnelle speed-pedelec – de term ‘fietsafstand’. Een rit van 20 kilometer naar kantoor of zelfs meer, trap je door de elektro-ondersteuning weg voordat je het weet.
Tussen een auto van de zaak en fiets van de zaak bestaan ook verschillen. Een werkgever neemt altijd de leasekosten van een auto van de zaak voor zijn rekening. Bij een fietsregeling kan hij zelf kiezen of hij een maandelijkse bijdrage doet of dat hij het leasebedrag uitruilt met het brutoloon. Ook als je als werkgever kiest voor deze laatste en kostenneutrale fietsregeling, profiteert de werknemer flink van het belastingvoordeel. Zelfs een leasefiets waaraan je als baas niets meebetaalt, is tot 35 procent goedkoper dan de privé aanschaf van een nieuwe fiets.
Als werkgever heb je in een fietsregeling bovendien een extra secundaire arbeidsvoorwaarde in handen. En een middel om de vitaliteit te promoten. Werknemers die door de weeks met de auto naar kantoor komen en in de privétijd flink fietsen zijn gemiddeld gezonder, energieker en minder vaak ziek. De fiets van de zaak is dus al lang niet meer iets alleen voor het woon-werkverkeer. Ook werknemers die ver van kantoor wonen of al een auto van de zaak hebben, profiteren er optimaal van.
Heb je een reiskostenvergoeding en kom je op de fiets naar het werk, dan vervalt op die fietsdagen je kilometervergoeding. Dat klinkt als een aandachtspunt, maar is het in de praktijk niet. Bijna elke werkgever herinvesteert de uitgespaarde reiskosten in de fietsregeling. Wel zo eerlijk. Echter, als je een auto van de zaak hebt, ontvang je geen onbelaste reiskosten. Het spelletje van reiskosten inhouden en later herinvesteren gaat dus helemaal niet op.